donderdag 25 augustus 2011

Fantasie

25 augustus 2011

Thema: Fantasie, een selectie

Opwarmoefening.
Afbeelding van een boom. Wat wil de boom vertellen?


Goede morgen mensen! Het is nog nevelig in het bos. De zon probeert door te breken. Het bos ontwaakt. Vogels fluiten. Het wordt een heerlijke dag.
Ik sta hier als oppasser. Je wilt niet weten wat voor rare dingen er ’s nachts gebeuren. Ik zou er een boek over kunnen schrijven. Maar overdag is het bos lieflijk. Als je in elfjes en kabouters gelooft, dan kun je ze ook zien. Vooral kleine kinderen kunnen de wonderlijke wezentjes aanschouwen. Wees zuinig op kinderfantasie, maar ook zuinig op het bos en al wat er in leeft, zodat iedereen er van kan genieten.

Afbeelding van een meisje, leunend op een hek met bloemen in het haar en een bos bloemen in de hand. Waarover droomt zij?

Zucht! Ik heb geen zin om van alles te gaan doen. Ja, bloemen plukken. Dat vind ik leuk. Mooie veldboeketten maken en een beetje wegdromen in de natuur. Maar met dromen kom je niet ver want dan stap je uit de realiteit. En de realiteit is een wereld van werken, je aan regels houden en doen wat anderen zeggen, waardoor je niet altijd jezelf kunt zijn. En dat ben ik het liefst, mezelf. Wat anderen van me vinden, daar luister ik niet naar. Dat heb ik mijn hele leven al gedaan en ben vaak diep gekwetst.
Ik ben ik en laat mij maar leven in mijn eigen realiteit.

Fantasie:

Vul de zinnen aan:

Ik heb veel fantasie en daardoor zit ik vaak in een droomwereld en kan ik in gedachten van niets een gigantisch iets maken.
Zonder fantasie is het leven kleurloos. Een fantasiewereld maakt het leven leuker. Iedereen heeft vluchtmomenten; ontsnappen uit de realiteit.
Ik krijg inspiratie door bijvoorbeeld een goed boek te lezen of op een mooie plek in de natuur alles op me in te laten werken.
Als ik met kinderogen de wereld in zou kijken dan zou ik zien hoe gejaagd de mensen zijn, hoe druk het verkeer. Er is nauwelijks nog tijd om in een fantasiewereld te stappen. Fantasie zit op slot bij de meeste volwassenen en zij weten niet meer hoe ze de kinderen moeten leren fantaseren. Televisie, dvd, games zijn allemaal voorgekauwde dingen. Waar is de tijd dat er van kosteloos materiaal de prachtigste dingen werden gemaakt?

Fictief personage; Odin Barnas, magier.
Beschrijf deze persoon.


De oude man met zijn lange grijze haren en baard zit bedenkelijk in zijn boek te lezen. Op een tafel naast hem borrelen mysterieuze vloeistoffen in bolvormige flessen. Odin Barnas is vergeetachtig. Hij weet niet meer welk recept hij aan het maken was. Hij staart naar een recept van een verjongingscrème. Was hij daar al mee bezig geweest? Staat het al te borrelen? Of moet hij nog beginnen? Hij leest de ingrediënten waarvan er een flink aantal niet op voorraad zijn. Hij zal naar buiten moeten om de ingrediënten te zoeken. Hij heeft gemalen slangenhuid nodig, gemalen vleermuissnuitjes, slakkenslijm om het smeerbaar te maken en allerlei kruiden.
Vermoeid staat hij op, wankelt en verliest zijn evenwicht. Hij botst tegen de tafel met borrelende vloeistoffen. De flessen vallen om, de vloeistoffen vermengen zich en druipen van de tafel af. Odin Barnas ligt buiten bewustzijn op de grond en word besmeurd met de gifgroene viezigheid. De smurrie doet zijn werk. Heel langzaam gaat Odin Barnas in rook op. Zijn hele verschijning verdwijnt. Het enige wat overblijft is zijn grote gouden ring met een zwarte diamant. Dit is magie. De magier is verdwenen.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten